Wat Een Blaffende Waakhond Doet, Moet De Fiscus Ook Met De Koning Doen, Vinden De Meesten : “Wat een blaffende waakhond doet, moet de fiscus ook met de koning doen, vinden de meesten.” Dit gezegde is een populaire uitdrukking in Nederland en illustreert de algemene opvatting dat niemand immuun moet zijn voor de wet, zelfs niet de koning. Het suggereert dat de belastingdienst (de fiscus) dezelfde maatregelen moet nemen tegen de koning als tegen gewone burgers, net zoals een waakhond hetzelfde gedrag zou vertonen tegenover iedereen die zijn territorium betreedt.
Deze uitspraak weerspiegelt de democratische principes en de gelijkheid voor de wet die in Nederland hoog in het vaandel staan. Het benadrukt het belang van het vermijden van privileges en het behandelen van iedereen op dezelfde manier, ongeacht hun positie in de samenleving. Hoewel de koning een symbolische functie heeft in Nederland, wordt hij nog steeds geacht de wetten en regels van het land te volgen, inclusief belastingverplichtingen.
Deze uitdrukking kan ook worden gezien als een kritiek op mogelijke privileges of uitzonderingen die de koning zou kunnen genieten, met name op fiscaal gebied. Het roept op tot transparantie en gelijke behandeling, en benadrukt dat niemand boven de wet staat.
Al met al weerspiegelt deze uitdrukking een belangrijk aspect van de Nederlandse samenleving, namelijk het streven naar gelijkheid en rechtvaardigheid voor iedereen, ongeacht hun positie of status.
Antwoorden Wat Een Blaffende Waakhond Doet, Moet De Fiscus Ook Met De Koning Doen, Vinden De Meesten
Definitie | Antwoord | Letters |
---|---|---|
Wat Een Blaffende Waakhond Doet, Moet De Fiscus Ook Met De Koning Doen, Vinden De Meesten |
Aanslaan
|
8 |
In conclusie kan worden gesteld dat de meerderheid van de mensen van mening is dat wat een blaffende waakhond doet, de fiscus ook met de koning moet doen. Dit betekent dat de koning, net als iedere andere burger, verantwoordelijk moet zijn voor het betalen van belastingen. Deze gedachte wordt ondersteund door het idee van gelijkheid voor de wet en het principe dat niemand boven de wet staat. Hoewel er wellicht enige discussie kan zijn over de specifieke details en voorwaarden, lijkt de consensus te zijn dat de koning niet boven de belastingwetten zou moeten staan.