Welke Egyptische president nationaliseerde het Suezkanaal in 1956?
In 1956 nationaliseerde de toenmalige Egyptische president, Gamal Abdel Nasser, het Suezkanaal. Dit zorgde voor een internationaal conflict tussen Egypte, Groot-Brittannië, Frankrijk en Israël.
Waarom nationaliseerde Nasser het Suezkanaal?
Nasser nationaliseerde het Suezkanaal als reactie op de weigering van de Verenigde Staten en Groot-Brittannië om financiële steun te bieden voor de bouw van de Aswandam. Daarnaast wilde Nasser de inkomsten van het kanaal gebruiken om zijn land te moderniseren en uit de economische afhankelijkheid van de westerse mogendheden te komen.
Hoe reageerden Groot-Brittannië, Frankrijk en Israël?
Groot-Brittannië, Frankrijk en Israël waren woedend over de nationalisatie van het kanaal. Ze zagen het als een bedreiging voor hun economische belangen en als een provocatie van de Arabische wereld. Groot-Brittannië en Frankrijk stuurden troepen naar het gebied om het kanaal te heroveren, terwijl Israël van de situatie gebruikmaakte om de Sinaï-woestijn binnen te vallen.
Internationale veroordeling van de acties van Groot-Brittannië, Frankrijk en Israël
De acties van Groot-Brittannië, Frankrijk en Israël werden internationaal veroordeeld. De Verenigde Staten en de Sovjet-Unie riepen op tot een staakt-het-vuren en de Verenigde Naties stuurden een vredesmacht naar het gebied. Uiteindelijk werden de troepen van Groot-Brittannië, Frankrijk en Israël gedwongen zich terug te trekken en werd het Suezkanaal weer onder Egyptisch beheer gebracht.
Conclusie
De nationalisatie van het Suezkanaal door Nasser in 1956 zorgde voor een internationaal conflict dat de spanningen tussen Oost en West verder deed oplopen. Het toonde de groeiende onafhankelijkheid van de Arabische wereld en de toenemende invloed van de Sovjet-Unie in het Midden-Oosten. Het Suezconflict had grote gevolgen voor de internationale politiek en de verhoudingen tussen de verschillende wereldmachten.